Voor verschillende pedagogische opdrachten is meestal een kenmerk van een kleuter vereist, opgesteld door de leraar van de voorschoolse onderwijsinstelling die hij bezoekt of bezocht. Wat moet er in dit kenmerk worden geschreven en wat zijn de normen om het te schrijven?
instructies:
Stap 1
Maak een zo volledig mogelijke beschrijving, maar laat je niet meeslepen door woorden met een emotioneel expressieve connotatie. Probeer tegelijkertijd onnodige details en overbodige informatie te vermijden om het kind te karakteriseren en de situaties van zijn interactie met leeftijdsgenoten en volwassenen te beschrijven. Vervang uw eigen ervaringen niet door medische (bijv. hyperactieve) of psychologische (agressieve, passieve) concepten.
Stap 2
Vermeld aan het begin de kenmerken van de volledige naam van de kleuter, geboortedatum, nummer van uw voorschoolse onderwijsinstelling, groep en verblijfsduur van het kind in de kleuterschool. Als het kind vanuit een andere voorschoolse onderwijsinstelling naar u is overgeplaatst, vermeld dan de reden van de overplaatsing (bijvoorbeeld in verband met verhuizing van het gezin, etc.).
Stap 3
Schrijf op hoe snel het kind zich heeft aangepast in de groep, hoe hij omgaat met leeftijdsgenoten, met volwassenen. Beoordeel het aanpassingsniveau en beschrijf de kenmerken van de spelactiviteit van de kleuter.
Stap 4
Markeer grote leerproblemen (of het ontbreken daarvan). Beoordeel het niveau van perceptie, geheugen, denken, aandacht en fijne motoriek. Als uw kind geheugenproblemen heeft, beschrijf deze dan. Besteed speciale aandacht aan welke leeractiviteiten je hebt gebruikt om zijn geheugen te verbeteren, de aandacht te concentreren (als het onstabiel is), problemen op te lossen met een complexe perceptie van de wereld (indien aanwezig), enz. Geef aan welke resultaten je hebt behaald bij het oplossen van deze problemen.
Stap 5
Let op de belangrijkste moeilijkheden die een kleuter heeft in communicatie (of het ontbreken daarvan). Beoordeel het niveau van spraakontwikkeling, sociale en alledaagse vaardigheden, oriëntatie in tijd en ruimte, houding ten opzichte van lessen, tempo van activiteit.
Stap 6
Geef de kenmerken van zijn gezondheidstoestand aan. Als hij slecht slaapt tijdens stille uren of slecht eet, geef dan mogelijke redenen hiervoor. Als het kind vaak ziek is, geef dan aan of het een acute of chronische ziekte heeft gehad.
Stap 7
Als het kind aanvullende ontwikkelingskenmerken heeft, schrijf er dan over, geef een voorbeeld van hoe ze zich gewoonlijk manifesteren.
Stap 8
Onderteken de beschrijving en onderschrijf deze samen met het hoofd van de voorschoolse onderwijsinstelling.