Door tijdig kennis te nemen van de brandveiligheidsvoorschriften worden de gevolgen van een brand geminimaliseerd en kan naleving van de regels zelfs een mogelijke tragedie voorkomen.
Algemene regels
Het opleidend personeel moet zorgvuldig worden geïnstrueerd in brandveiligheid en evacuatie van kinderen tijdens een brand. De schoolleiding is verplicht toezicht te houden op de naleving van brandpreventiemaatregelen, evenals het organiseren van brandbestrijdingsinstructies en demonstratie van acties tijdens evacuatie onder studenten.
Het ontruimingsplan moet regelmatig worden herzien en aangepast voor eventuele wijzigingen. Op een goed zichtbare plaats moet een bord met een plattegrond van de ontruiming en een brandveiligheidsinstructie worden aangebracht.
Brandalarmen en andere waarschuwingsmiddelen moeten regelmatig worden gecontroleerd op bruikbaarheid. Nooduitgangsdeuren moeten periodiek worden geopend om te controleren op een onbelemmerde uitgang. Uitgangen van het terrein moeten worden uitgerust met lichtborden met het opschrift "Exit".
Primaire blusmiddelen
Het schoolgebouw dient te zijn voorzien van meerdere blussets, waaronder een brandblusser, zand en blusdeken. De locatie van de brandblusapparatuur moet worden aangegeven in het ontruimingsplan.
Fondsen moeten op toegankelijke plaatsen worden geplaatst, maar mogen de verplaatsing van mensen niet belemmeren. De tekst van de instructies op de brandblusser moet duidelijk leesbaar zijn.
Brandveiligheidsregels op school tijdens massa-evenementen en vakanties
Overvolle schoolactiviteiten moeten op 1 of 2 verdiepingen worden gehouden. Er moet rekening worden gehouden met de kwantitatieve normen voor de aanwezigheid van mensen in een bepaalde ruimte, evenals de normen voor de afstanden tussen de gangpaden. Alle gangpaden tussen rijen en uitgangen van het pand moeten vrij zijn van extra meubilair en vreemde voorwerpen die de beweging belemmeren.
Wanneer u een vakantieboom installeert, moet u ervoor zorgen dat de boom de uitgang van de kamer niet hindert. De boom moet worden geïnstalleerd rekening houdend met de vereiste afstand - minimaal een meter van het plafond en de muren, en ook goed bevestigd en getest op stabiliteit om de dreiging van vallen te voorkomen.
Slingers en andere verlichtingsmiddelen moeten conformiteitscertificaten hebben. In het geval van een storing in de werking van de verlichtingsarmaturen, moet u deze onmiddellijk van het netwerk loskoppelen. Het is verboden om de kerstboom te versieren met watten en kaarsen, evenals om pyrotechnische apparaten te gebruiken. Alle werkzaamheden met een verhoogd brandgevaar (verven van de ruimte, verwerking met ontplofbare stoffen) dienen vooraf te worden uitgevoerd.