In de regel wordt een vordering tot echtscheiding bij de rechtbank ingediend als de echtgenoten minderjarige kinderen hebben of geschillen over de verdeling van goederen. Als beide partijen ermee instemmen de echtelijke relatie te beëindigen, worden dergelijke claims door de burgerlijke stand in overweging genomen.
instructies:
Stap 1
Vorderingen tot echtscheiding worden behandeld door vrederechters. Om een vordering tot echtscheiding in te dienen, moet u ten minste één van de volgende gronden hebben: minderjarige kinderen, een geschil over de boedelscheiding of het niet eens zijn van een van de partijen met de echtscheiding.
Stap 2
Voordat u een echtscheidingsprocedure schrijft, is het noodzakelijk om de territoriale jurisdictie te verduidelijken. U kunt zich wenden tot de rechtbank van uw woonplaats of op het adres van de verweerder.
Stap 3
Er zijn in dit geval twee uitzonderingen. Als de eiser de locatie van de verweerder niet kent, wordt de claim ingediend in het gebied dat overeenkomt met de locatie van het onroerend goed van de tweede partij. Indien de verweerder geen onroerend goed heeft en zijn woonplaats niet kan worden vastgesteld, wordt de vordering ingediend in het gebied dat overeenkomt met het laatst bekende adres van de verweerder.
Stap 4
Op de vordering tot echtscheiding staan de volgende gegevens vermeld:
- VOOR-EN ACHTERNAAM. rechters en de naam van de rechtbank;
- volledige naam, contactgegevens en paspoortgegevens van de eiser en de gedaagde;
- plaats en datum van het huwelijk;
- vorderingen en de reden van het besluit tot echtscheiding.
Stap 5
Bovendien moet de claim een kopie en het origineel van de huwelijksakte, een kopie van de geboorteakte van kinderen, documenten die de eigendom van het te verdelen goed bevestigen, een ontvangstbewijs voor de betaling van de staatsbijdrage. De lijst van deze documenten kan op verzoek van de eiser worden aangevuld.
Stap 6
De eiser kan persoonlijk of zijn vertegenwoordiger een vordering tot echtscheiding indienen, die op zijn beurt de juiste volmacht aan de rechter moet overleggen.